GPSwalking.nl - GPS wandelingen | Mooie GPS wandelingen in binnen- en buitenland
Ronde van Eersel
Korte beschrijving
Laatst bijgewerkt op 29-03-2020
Kenmerken
Startpunt: | Eersel |
Startlocatie: | Noord-Brabant , Nederland |
Coördinaten | N51.357615 E5.336044 |
Afstanden: | 10 km |
Type: | Cultuur, Open |
Begaanbaar: | Goed |
Rolstoel: | Niet bekend |
Honden: | Aangelijnd |
Horeca: | Bij start en halverwege |
Gelopen op: | 13-09-2010 |
Route informatie
Langere beschrijving
START N51 21.457 E5 20.163
Er zijn vele startplaatsen mogelijk. Bij de kerk, bij het gemeentehuis, op de markt en bij het benzinestation aan de N397 voor slechts enkele auto’s, ingang vanuit Schadewijk. Wij kiezen voor de laatste.
Langs enkele mooie huizen aan de Hoogstraat naderen we het dorp dat hier gekenmerkt wordt door nieuwbouw en uitbreiding langs de kerkloop.
In vroeger tijden het open einde van de dorpsriolering. Nu gelukkig beter onder controle.
Eersel
“In 712 schenkt Engelbert, met instemming van Verengard, beide zonen van Gabert zijn bezit in Eresloch aan de Heilige Willibrordus, bisschop van Utrecht en abt van de abdij van Echternach in Luxemburg.”
In 486 worden de Franken in het zuiden onafhankelijk van de Romeinen. Boven de rivieren controleren de Friezen na 600 het gebied. De komende eeuwen zal er een voortdurende strijd volgen tussen noord en zuid.
Omdat de aanvoerlijnen voor het leger gebrekkig zijn zal Gabert, de hofmeier van de Merovingische koning Dagobert III en als ‘eerste minister’ onder de Karolingische Pepijn II in die strijd een aantal domeinen stichten.
Een Domein is een Herenhoeve van de Rentmeester of Meier, met Bijhoeven waar voldoende voedsel en onderdak voor krijgers en (wissel)paarden aanwezig is. De militairen worden niet betaald in geld – het Romeinse geldstelsel is immers vervallen - maar in natura, in land met een sala, een boerderij met vruchtgebruik.
De Herenhoeve van Engelbert in Eersel staat waarschijnlijk op de plaats waar nu het Gemeentehuis staat – we zien dat later – en de vier sala’s liggen verspreid rond die herenhoeve. Zo zal de Steen-sala, Hezia genoemd, waarschijnlijk het eerste vaste domein in deze omgeving geweest zijn in het Genderdal op de (hoge) Hees.
Op Schadewijk staat de tweede sala. Van de andere twee is de locatie niet vastgesteld, maar de Boevenheuvel (Bovenheuvel), Hertheuvelse Hoef, de Spijker en Heestert komen in aanmerking.
Willibrordus
Willibrordus, die de christelijke leefwijze wil uitdragen, komt in 690 in Nederland aan en sticht in Utrecht een bisdom. De Friezen verzetten zich hiertegen.
Maar in het zuiden lukt het beter omdat onder de Romeinen al sprake was van een zekere kerstening. Rond 500 zetelt al een bisschop in Tongeren / Maastricht. Zo bezoekt Willibrordus ook deze streek en sticht uiteindelijk een abdij in Echternach.
In die politieke omgeving ontwikkelt zich een vorm van macht en invloed, die veelal betaald wordt in schenkingen van grond en eigendomsrecht.
Zo krijgt Willibrordus op vele plaatsen grond en ruimte – zo ook van Engelbert - om een houten kerk te bouwen. Daarmee kan hij een humanitaire samenleving opbouwen rond de christelijke kerkgemeenschap.
We gaan richting kerk, die we, nu de bomen kaal zijn, mooi zien liggen. Door linksom te gaan naderen we eerst het patronaat, dan de pastorie en dan de kerk.
Parochiehuis en pastorie
Ik noem deze drie, het patronaat, de pastorie en de kerk in die volgorde om aan te geven, dat de kerk een belangrijke rol speelde in de gemeenschap.
Het patronaat, ook parochiehuis of den bond en nu Den Brink genoemd, was zeker nog in de jaren ’50 van de vorige eeuw het enige gemeenschappelijke gemeenschapshuis buiten de scholen in Eersel, waar – naar ik zelf nog weet – Sinterklaas onthaald werd.
De pastorie vervulde ten tijde van de dominee een discutabele rol. We zullen dat verderop bespreken.
De kerk, eerst een houten gebouw, wordt door Willibrordus gesticht en wordt een centrum van de rond de kerk gelegen gehuchten zoals de Hees, Schadewijk en Stokkelen, maar ook de kern nabij de Markt.
Op die gehuchten – Schadewijk is een daar een duidelijk voorbeeld van - ontstaan kleine gemeenschappen van boerderijen rond een plaatse, een driehoekig plein, waar het vee ’s avonds bijeen gedreven wordt, nadat het aan de rivierzijde (de Run) op de graasgronden, of hogerop op de heide kan grazen.
Deze boeren kunnen goed in hun onderhoud voorzien en gestadig groeit de bevolking dan ook. Elke boer heeft ongeveer 16 hectare grond ter beschikking. Voldoende voor een bestaan op te bouwen.
1000 jaar later zal dat nog zo zijn.
Willibrorduskerk
Het kerkgebouw zelf is een fraai voorbeeld van systematische vergroting, uitbreiding en aanpassing. De oorspronkelijke Romaanse kerk uit de 12e eeuw - zoals alle kerken met het altaar naar het oosten - krijgt rond 1400 een toren.
Niet zo hoog als die van Duizel of Steensel, maar wel in dezelfde trant gebouwd en met hetzelfde doel: door klokgelui de aandacht vestigen op gebed, maar ook bij overlijden, oorlogsgevaar, brand en afdragen van de tienden.
In de 15e eeuw worden de zijbeuken toegevoegd en het middenschip verbreed. De kerk groeit met de uitbreiding van de lokale bevolking. Na 1648 komt de kerk in handen van de Hervormde Gemeente, die overigens erg klein is in Eersel, waardoor de kerk zozeer in verval raakt dat in 1708 de torenspits op het dak valt.
In 1882 is het middenschip weer verhoogd, zodat de galmgaten achter het dak verdwijnen. In 1931 zijn vooral de grote zijbeuken toegevoegd en is het priesterkoor inclusief het dak erboven verhoogd. In de kerk is het oude gedeelte goed te herkennen, omdat de muren bezet zijn met stucwerk.
Vanaf het kerkplein gaan we links van de parkeerplaats het kerkpad in. Dit oude pad volgen we tot het einde. Daar kijken wel even naar de Willibrordusschool, maar we gaan toch linksaf om naar de schildbebouwing te gaan, met het gemeentehuis en andere maatschappelijke voorzieningen.
Kerkpad
Over een heel oud kerkpad gaan we richting de markt. Honderden jaren geleden zullen de bewoners hier ook ter kerke gegaan zijn. Dat pad moet er al geweest zijn als verbinding tussen de kerk en de kapel op de markt en dat is meer dan 500 jaar geleden. Soms zijn gebouwen een monument, soms de verbindingswegen….
Ook al doet Karel de Grote – hij is een groot voorstander van onderwijs en we zien nu de Willibrordusschool - rond 800 nog zo zijn best, het rijk valt uiteen en versnippert vanwege erfrechtverdeling en omdat het leenstelsel – de hoeven moeten leengeld betalen aan de domeinheer en de domeinheer aan de keizer – onvoldoende bescherming biedt tegen de Noormannen en andere invallen.
Zo is er (te) weinig geld in omloop, immers, er wordt veel betaald in schenkingen en grondbeheer. En grond wordt schaarser, dus waardevoller. Uiteindelijk neemt de leenheer het niet meer zo nauw met zijn trouwbelofte en gaat zich meer zelfstandig ontwikkelen.
Zo ook rommelt het ook in het oosten, waar Neder-Lotharingen deel wordt van het Duitse Rijk en in het zuiden in Henegouwen waar uit de Franse hoek het graafschap Leuven kan ontstaan.
Hier in Taxandrië komen we onder de invloed van de bisschoppen van Trier en later Keulen. Want ook de kerk krijgt steeds meer macht, niet alleen door alle schenkingen, maar ook door politieke steun, om in Zuid-Europa de invallen van de Mohammedanen tot staan te brengen.
We gaan dus even naar waarschijnlijk het oudste deel van het dorp waar in de Merovingische tijd de herenhoeve heeft gestaan, die door Engelbert aan Willibrordus is geschonken. Dat gebied had de vorm van een hoefijzer of een schild, gevormd door de omringende straten of soms een rivier. Binnen het schild lag de hoeve.
Later is hier een nonnenklooster gebouwd en lag er de meisjesschool. Nu liggen op dat terrein ouderenwoningen, een bejaardencentrum, kloostertuin en Gemeentehuis, daar waar vroeger het klooster stond.
Van de hoeve is overigens (nog) niets teruggevonden.
Zo’n 1200 jaar geleden zal tussen de sala’s op De Hees en Schadewijk en de elders gelegen derde sala geregeld verkeer naar de hier gelegen Herenhoeve hebben plaatsgevonden. Nu wonen mijn zus – geboren op de Hees en zwager – geboren op de Hoogstraat bij Schadewijk binnen dit schild. Een historische stap? Niet bewust, maar wel een leuke bijkomstigheid.
Merovingische Schildbebouwing
Dat duurt zo een paar eeuwen tot zegge 1200, waarna een zekere stabiliteit ontstaat. Dat heeft een aantal oorzaken. Er worden kloosters gesticht - Postel, Averbode, Tongerlo – die voor een zekere sociale stabilisatie zorgen. Ook de rechten en plichten worden beter beschreven en de graaf van Leuven, hertog van Brabant ontwikkelt handel en verkeer. En vooral komt er een einde aan de geldschaarste. Het bankwezen wordt door de Medici’s in Italië ontwikkeld en uitgedragen naar het culturele centrum van Brugge en omgeving.
Zo kan Hertog Hendrik I de Brabantse bestuursvorm invoeren. In Engeland schrijft men het Magna Carta – een soort grondwet – en dat ontwikkelt zich ook hier, met als grootste verdienste de Blijde Inkomst (1356) ingesteld door Hertogin Johanna, dochter van Hertog Jan III. De Blijde Inkomst beperkt de macht van de vorst door te stellen dat de hertog geen oorlog mag voeren of belastingen mag heffen zonder raadpleging en instemming van de steden en het gewest van Brabant. Een stuk waarop eeuwen later nog een beroep gedaan wordt om aan te tonen dat absolute vorsten beperkt zijn in hun macht.
Uit die verbeteringen van bestuur volgen stadsrechten voor Eindhoven, Oerle krijgt een dingbank, Eersel wordt een Vrijheid en krijgt handelsrechten.
Het Klooster
Binnen dit schild heeft lang de schuurkerk gestaan, tijdens de “protestantse bezetting “. En in 1901 wordt een liefdegesticht gebouwd , op de 6,5ha grond die geschonken is door oud-burgemeester De Kort, onder zijn motto: `De nood van de een is de opdracht voor de ander. Het zijn de eerste zes "Zusters van Liefde van Jezus en Maria, Moeder van Goeden Bijstand te Schijndel" die in 1902 in het Sint Jacobus-gesticht aan de Dijk gaan beginnen met onderwijs te geven aan de St. Jacobus meisjesschool en kleuterschool.
Maar ook het gesticht verricht liefdeswerk. Eerst als sanatorium voor TBC-patiënten. Tijdens de Eerste wereldoorlog worden veel Belgische vluchtelingen opgevangen. De Belgische Koningin Elisabeth schenkt hiervoor een bronzen medaille en zelfs Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik brengen een bezoek aan deze vluchtelingen. Vanaf 1926, als de R.K. Gezondheidskolonie wordt opgericht, verblijven er in de komende 30 jaar 40 000 kinderen om gedurende zes weken aan te kunnen sterken. Ook tijdens de Tweede Wereldoorlog worden – niet zonder enig gevaar - vele onderduikers, Engelse vliegers en Joodse kinderen opgevangen. Zr. Reinildis, de moeder-overste, krijgt voor haar moed een Engelse onderscheiding. In 1953 volgt binnen dat motto de opvang van kinderen uit de Watersnoodgebieden.
In 1927 wordt ook een afdeling opgericht voor “zwakzinnige” kinderen. Dat zet zich voort, door in 1957 eerst Huize "De Kindervriend" op te richten. In 1959 gaat die al weer op in “Huize Sint Jozef” voor kinderen met een verstandelijke beperking. Dat ontwikkelt zich in 1967 tot Huize Maranatha in Duizel en De Donksbergen onder Lunet Zorg.
In 1981 komt een einde aan de zorg in dit klooster te Eersel. De grond gaat terug naar de kerk, die deze op haar beurt overdraagt aan de Gemeente.
Helaas blijft in de vernieuwingszucht niets meer over van de kloostergebouwen. Historisch besef en cultuurbehoud zijn in Eersel in kwetsbare handen. Daar getuigen het gemeentehuizen op de Markt en op de Dijk van.
Rest ons alleen nog een beeld van ‘Sint Joseph met kind’ geplaatst als dank van Joodse kinderen, evacué’s en vluchtelingen tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Bij het Gemeentehuis steken we recht over en gaan via Areven het oude kerkenpad weer oppakken; zij het slechts een klein gedeelte, omdat we door het parkje verder gaan.
We zien naar links de achtertuinen van het voormalige gemeentehuis op de Markt, waarbij we een goede kijk hebben op de smalle maar zeer diepe tuinen achter de huizen. Die tuinen zijn gemiddeld 25 meter breed en wel 150 meter diep. Die percelen bestaan zo al eeuwenlang.
Langs het parkeerterrein en moderne winkels gaan we naar de markt.
Lensbebouwing Hint en Markt
Tussen de twee boerderijen door komen we op het handelsplein. Die verkregen handelsrechten dienen vooral voor het verhandelen van landbouwproducten en speciaal voor vlas en wol voor de textielweverijen in Vlaanderen.
Het oudste gedeelte ligt rechts – het Hint – en naar het zuiden toe is dat verlengd voorbij de kapel, die centraal op het plein staat. Het is vooral een handelsplein met een typische vorm. Een lensbebouwing. Van bovenaf is dat duidelijk te zien. Daar zie je ook dat het akkerpatroon op het Hint achter de huizen veel onregelmatiger is, dan achter de huizen aan de Markt. Daar zijn de percelen heel lang en smal, niet breder dan het pand zelf.
Omdat dit zo uniek is behoort dit type nederzetting goed beschermd te worden. We hopen, dat hier in de moderne aanpassingsrages niet gesneden gaat worden.
Op het Hint zien we al enkele eethuisjes, maar op de Markt is het nog veel mooier. Daar rijgen zich de terrasjes aaneen, vooral in de zomer. Wij bezoeken Oud Brabant, een heel toepasselijke naam in deze wandeling, waar vaste klanten een kaartje leggen.
Daarna slingeren we over het plein langs de bezienswaardigheden.
Markt en Kapel
Zoals gezegd is dit een centrum van de handel. En daaruit vloeit een groei van de boerderijen en een redelijke rijkdom voort, die niet alleen leidt tot de bouw van een kerktoren aan de kerk, maar ook tot de bouw van een kapel op de Markt. Het is 1464. De kapel wordt toegewijd aan de H.H. Maagd Maria, Catharina, Antonius Abt en Nicolaas.
Hertogin Johanna van Brabant – die de absolute macht van vorsten beperkte - trouwt in 1336 eerst met Willem IV, graaf van Holland, Zeeland en Henegouwen, aan wie zij reeds van bij haar geboorte uitgehuwelijkt was. Na zijn overlijden (1345) trouwt zij in 1354 met Wenceslaus I van Luxemburg en nijgt zo richting Duitse invloed.
Als zij dan in 1455 Hertogin wordt ontstaat er een familieruzie - haar zus Maria in Turnhout, is getrouwd met Reinaud III Hertog van Gelre, die ook Brabant wil claimen. Die ruzie leidt ertoe dat Johanna uiteindelijk de richting van haar neef Filips de Stoute, hertog van Bourgondië moet kiezen.
Uit deze successiestrijd volgt, dat Brabant onder de zuidelijke, christelijke, Bourgondische invloed komt. Dit leidt vooral in Zuid-Brabant en Vlaanderen tot een grote bloei, nog steeds te zien in Leuven, Brugge, Gent, Antwerpen, Breda en ’s-Hertogenbosch met de lakenhandel en de kunstuitingen van de Gebroeders van Eyck en later Rubens. De Gouden Eeuw van Brabant.
Contente Mens
Onder de oude linde – in de schaduw werd vroeger de boter verkocht - zien we het standbeeld van de Contente Mens gemaakt door Richard Bertels (ca. 1957). De contente mens is er een van een uitstervend ras en het was daardoor temeer verantwoord en noodzakelijk hem in brons te vereeuwigen. Symbool voor wat er in onze tijd zo niet meer is, maar wel degelijk zijn waarde heeft.
Verderop bij de VVV zien we de pronte vrouw. Midden op het plein staat de pomp met het wapen van de drie torens erop. Dat wapen zien we duidelijker op het voormalige gemeentehuis tegenover de kiosk.
Daarvoor was er ook een raadhuis, namelijk de mariakapel.
De Bourgondiërs willen hun macht uitbreiden tot boven de rivieren. Maar Gelre, de ‘vrije’ Friesen en Holland zijn het daar duidelijk niet mee eens. Vooral de krijgsheer van Gelre Maarten van Rossum brengt brandstichtend en plunderend veel schade toe.
Luther, die de rol van de Katholieke Kerk bestrijdt met een nieuwe moraal krijgt veel steun bij de Duitse Adel, die hij soms een min of meer bisschoppelijke rol toekent. Zo kunnen die zich losweken van het Heilige Roomse Rijk.
Dat escaleert uiteindelijk tot een godsdienstoorlog die 80 jaar zal duren. Na de Unie van Utrecht in 1579, wordt Brabant onderwerp van strijd tussen de protestante Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en het katholieke Spanje. Na de Vrede van Münster in 1648 komt Brabant onder de Staten Generaal der Verenigde Nederlanden. De invloeden van het katholieke Zuiden (van Europa, Spanje) worden gebroken.
Brabant moet protestant worden. Katholieken mogen hun geloof niet meer uitoefenen en alle katholieke bezittingen worden onteigend of in beslag genomen. De kapel wordt als regthuys, gevangenis, brandweerkazerne en als raadhuis gebruikt. Er worden nieuwe belastingen geheven. Van heinde en verre komt de voerman met paard en wagen om hier op de markt zijn goederen te slijten. Bij de entrees wordt tol geheven op paard en op wagen, de Hanegreefse tol en de Eerselse Markttol.
Systematisch is gedurende anderhalve eeuw het wingewest Brabant uitgekleed. Brabant wordt niet eens als een volwaardige achtste provincie toegelaten. De opbrengsten op de zandgrond worden mager – als je veel oogst, moest je ook veel belasting afdragen – en tot op heden leeft de gedachte van de arme zandgronden voort. Dit in tegenstelling tot de zandgronden in België, die niet rijk, maar ook nooit als arm zijn betiteld.
Voorbij de VVV zien we links een Protestantse Kerk.
Aan het einde van het marktplein zien we op de splitsing de meest noordwestelijke hoek van het ‘schild’. Naar links ga je weer naar het Gemeentehuis en naar rechts de weg richting Postel.
Protestants kerkske
Bernardus Waterbeeck is als een van de vele predikanten terecht gekomen in een erg vijandige omgeving in Duizel en Eersel. Hij wordt beschimpt, het strooien dak van de pastorie wordt in brand gestoken, bedreiging volgt en zelfs opsluiting in zijn kelder en diefstal. Hij durft ’s nachts niet eens meer uit de kleren.
Het is dikwijls niet de lokale bevolking maar roverbenden – ontstaan uit ontslagen soldatengroepen - die hier kunnen huishouden onder de bevolking.
Maar ook latere predikanten worden veelal tegengewerkt. Hoe kan het anders, met 34 protestanten op 1370 katholieken, die in schuilkerken hun geloof moeten uitoefenen.
Het grote kerkgebouw kan niet onderhouden worden, evenmin als de pastorie. Daar zal de dominee om moeten blijven vechten voor onderhoud.
In 1708 valt in Eersel de kerktoren op het middenschip en in 1800 breekt in Duizel de spits van de kerktoren tijdens een zware storm af waardoor de kerk onherstelbaar wordt beschadigd.
Met de komst van de Fransen in 1793 komt er verandering. De heersende religie vervalt. De katholieken krijgen hun kerken terug, maar de armoede blijft door de hoge belastingen.
Als in 1806 Lodewijk Napoleon koning van Holland wordt, herstelt hij ook het godsdienstige onrecht. Kerken worden gerestaureerd en de Hervormden krijgen 6000 gulden toegezegd voor de bouw van een kerk voor Eersel, Duizel en Steensel.
Dat is het kerkje aan het einde van de Markt. Het is nu – zoals alle protestantse kerkjes in Brabant - een rijksmonument.
De kapel wordt nog steeds als gemeentehuis gebruikt tot 1957.
Dan steken we over en verlaten tussen de huizen door over de smalle weg langs de lange tuinen de markt. We passeren het gildeterrein en komen zo buiten het dorp, waar we vanaf nu in een grote boog omheen zullen lopen.
Links zien we de vrijstaande huizen, die zoals overal in het dorp een luxe vorm van wonen weerspiegelen. Eersel behoort dan ook tot een van de allerbeste woonplaatsen van Nederland.
Langs de sportvelden vervolgen we de route door het open veld terug naar de parkeerplaats. Aan de rechterkant zullen we het dan het dal van de rivier de Run zien en links ligt op de hoger gelegen droge grond het dorp Eersel. Bij de Voort steken we over naar Stokkelen.
Omleiding/Fietsroute
Vanaf de sportvelden kan een omweg van 6 km gemaakt worden over de weinig lucratieve drukke Postelseweg naar de Heestert. Via de Spijkertsedijk, Hertheuvelse Hoef en Boevenheuvel leidt dit ons langs de mogelijke locaties van de sala.
We zien daar nagenoeg niets meer van en het vele lokale autoverkeer komt bij ons erg druk en gevaarlijk over. De fiets zou hier uitkomst kunnen bieden – Overigens kan de hele route, met uitzondering van het Kerkenpad goed gefietst worden.
Stokkelen
De oorspronkelijke naam is Stoclo. De uitgang –lo duidt op een bos, open plek in het bos. We zien die uitgang ook bij Eersel, van Eres-loch of Eres-lo en Duizel van Duselo. We zien daarmee, dat Steensel een andere oorsprong kent, namelijk van Steen-sala.
Maar niettemin heeft de burgemeester van Eersel vijf van de acht zaligheden binnen de gemeente: Eersel, Duizel, Steensel, Knegsel en Wintelre, dat uitgesproken wordt als wèntersel. Reusel, Hulsel en Netersel zijn de overige drie.
Bij Stokkelen vallen twee straatnamen op: de Hazenstraat en de Boevenheuvel.
De Hazenstraat genoemd naar de vele gezinnen die er woonden onder de naam de Haas.
De Boevenheuvel, niet zozeer afgeleid van het geboefte, maar van de oude naam Bovenheuvel. De hoger gelegen gronden aan de andere kant van de rivier de Run.
Tot slot gaan we, voordat we afsluiten toch nog even de drukke verkeersweg bij de rotonde oversteken. Direct voorbij de rotonde ligt namelijk Schadewijk; dit is 500 meter extra.
Schadewijk – Akkerdorp
Schadewijk is van oorsprong meer dan 1300 jaar oud omdat het in 712 al door Engelbert aan Echternach is geschonken.
Het is een typisch Frankisch akkerdorp aan de Run. Meestal tussen de hoger gelegen heide en evenwijdig aan de lager gelegen rivier ligt een driehoekig plein. Rond het plein, de plaatse, dat gevormd wordt door drie wegen, liggen enkele boerderijen.
Midden op het plein ligt een gegraven waterkuil en dikwijls is het plein beplant met eiken. De plaatse is de verzamelplaats voor het vee, dat van daaruit gehoed wordt op de omringende graasgronden. Dat kan heide zijn op de hoger gelegen velden, of weilanden, het gewad of de beemd, langs de rivier.
De akkers liggen in het noorden waar de heide ontgonnen is. Dat zijn langrepelakkers, hele lange smalle akkers, 20 bij 400 meter. Deze akkers zijn door de eeuwen heen verhoogd vanwege uitstrooien van heideplaggen vermengd met mest uit de potstal, zodat een vruchtbare bovenlaag van soms wel een meter dik ontstaat.
En zo gaan we weer terug naar de parkeerplaats.
Het is een leerzame tocht geworden. Het heeft me ook veel tijd gekost om de gegevens te verzamelen en neer te schrijven. Daarin ben ik zeker niet volledig geweest. Ik heb grote stappen in de tijd moeten maken. Details zijn samengevoegd om een indruk te geven van het leven hier in deze kleine gemeenschap, als onderdeel van een groot historisch verband.
Mijn sleutelfiguur is Hertogin Johanna geweest, een wijze vrouw, die in haar politieke keuzes van Brabant een welvarend gebied heeft gemaakt, dat – de tijd heeft het uitgewezen – uiteindelijk ook veel leed heeft gebracht. En ondanks de opgelegde armoe zijn Brabanders trouw gebleven aan hun Brabant. Als geboren Eerselnaar is me dat een voorrecht.
Startpunt:
- A1101 Benzinestation N379 N51 21.457 E5 20.163 west rechts aanhouden)
- Alternatieve startplaatsen beschikbaar
Geraadpleegde websites:
- www.zustersvanliefde.nl/Nav/Actue/BUS/Eersel.htm
- http://www.vanderkrogt.net/standbeelden/object.php?record=NB19al
POIs
- Eersel N51 21.411 E5 19.768
- Willibrordus N51 21.375 E5 19.305
- Parochiehuis en pastorie N51 21.429 E5 19.181
- Willibrorduskerk N51 21.459 E5 19.257
- Kerkpad N51 21.529 E5 19.082
- Merovingische Schildbebouwing N51 21.370 E5 18.716
- Lensbebouwing Hint en Markt N51 21.657 E5 18.494
- Markt en Kapel N51 21.621 E5 18.491
- Contente Mens N51 21.604 E5 18.496
- Protestant kerkske N51 21.528 E5 18.538
- Omleiding/Fietsroute N51 20.782 E5 17.964
- Stokkelen N51 20.926 E5 19.645
- Schadewijk – Akkerdorp N51 21.493 E5 20.356
Acties
Navigeer naar startlocatie Download (ZIP) Download (GPX) Bekijk kaart/tracks Bekijk de fotoserie Print wandeling tekstStartlocatie
Reacties
Wij zijn benieuwd naar uw reactie. Wel hebben we een aantal spelregels waar we u even op willen attenderen
- Alle velden moeten verplicht worden ingevuld.
- Uw reactie wordt pas na goedkeuring zichtbaar in de lijst ervaringen.
- Uw e-mail adres niet wordt getoond op de site.
- De webmaster behoudt zich het recht uw tekst aan te passen.
- Het is niet toegestaan email-adressen, enige weblinks of schuttingtaal in de tekst op te nemen. Bij veelvuldig misbruik kan u de mogelijkheid van opslaan worden ontzegd.
- Als u ons een link wilt doorsturen dan a.u.b. per email.
- English texts will not be accepted. All input needs to be approved by the webmaster on forehand before be visible on this website. So save yourself the trouble.