Giessen Loevenstein

Korte beschrijving

Laatst bijgewerkt op 26-10-2013

Wij zijn meer een boswandelaar dan een polderwandelaar. Nou ja, dat dachten we. Totdat we op de grens van Noord-Brabant, Zuid-Holland en Gelderland ten noorden van de Biesbosch over de dijken van Maas en Waal, door Woudrichem en het struinpad voorbij Slot Loevestein volgden.

Wat een schitterende vergezichten! Wat een natuur en – hoe kan het anders met Slot Loevestein – wat een cultuur en historie. En dat niet alleen over dat Slot. Nee, in het Munnikenland hebben de monniken een basis gelegd voor dit waardevolle gebied. De vestingstad Woudrichem en later de vestingwerken van de Oude en Nieuwe Hollandse Waterlinie hebben nog steeds invloed op de ligging van de nieuwe dijken. En dan mag de Afgedamde Maas wel afgedamd zijn, hij blijft mooi en bevaren.

We starten bij de sluizen, gaan over de dijk langs Giessen af naar Woudrichem. Daar zwerven we doorheen langs de molen en de grote kerk. Hier kunnen we ook pauzeren. Daarna met het pontje over naar Slot Loevestein, waar we omheen wandelen. Verder over het struinpad tot aan de hoge waaldijk met een fantastisch uitzicht. We beleven de historische polders en dijken. We horen, dat er een kasteel gestaan heeft, maar dat zien we niet meer. Bij de vestingwerken en over de dijk tussen de wielen door genieten we van het groen en de schapen op onze weg. Zo keren we terug.

Mooi Hollands. Maar wel in Brabant en Gelderland.


Kenmerken
Startpunt: Giessen, Wilhelminasluis
Startlocatie: Noord-Brabant , Nederland
Coördinaten N51.793833 E5.048230
Afstanden: 14 km
Type: Cultuur, Open, Rivier
Begaanbaar: Doorgaans goed begaanbaar
Rolstoel: Niet bekend
Honden: Niet overal toegestaan
Horeca: Halverwege
Gelopen op: 27-08-2010

Route informatie

Een GPS wandeling van 14 km bij Giessen.
De paden zijn goed begaanbaar. Voorbij de klaphekjes kan het (gras) nat zijn. De route is niet geschikt voor scootmobiel.
Er is horeca in Woudrichem en in slot Loevestein.
Van de wandeling is een track en een Route aangemaakt. Kan in beide richtingen gelopen worden.
Er zijn geen verkorte versies van deze wandeling beschikbaar.
Honden zijn op sommige delen van deze route niet toegestaan.



Langere beschrijving

START N51 47.630 E5 02.894
We vinden de parkeerplaats via de ventweg bij de Wilhelminasluis. Van daaruit over het fietspad – pas op voor de vele fietsers – langs de dijk van de Afgedamde Maas.

De pleziervaart heeft er plezier in.

Afgedamde Maas N51 48.847 E5 00.622
Oorspronkelijk stroomt de Maas bij Woudrichem in de Waal om samen verder te gaan onder de naam Merwede. De grote hoeveelheid aan water vormde een dreiging voor het stedelijk Rotterdam.

En zo ontstond in 1848 het plan om de monding van de Maas bij Woudrichem te verleggen naar de Amer. De Bergsche Maas werd gegraven – soms op een oude bedding van de Maas. Tevens werd de Nieuwe Merwede verder uitgediept tussen Hardinxveld en Hollands Diep, als aftap van de Waal. Toen dat klaar was, kon de Maas over 17km lengte afgedamd worden op een bestaande zandbank in een bocht bij Well (Gld).

Met het afdammen van de Maas werd ook een sluis gebouwd, deze Wilhelminasluis. Bij Heusden werd uiteindelijk ook nog een kanaal gegraven als verbinding tussen de Bergse Maas en de Afgedamde Maas. Zodat er nog enige scheepvaart mogelijk blijft. We zien veel pleziervaart en er wordt gezwommen en gevist.

Er is een nieuwe dijk aangelegd waarover nu een fietspad ligt. Eigenlijk zoeken we een voetpad vanaf de sluis door het lager gelegen gebied waar nu de paarden grazen.

Er ligt wel iets van een wandeltraject (in de Struikwaard?), maar of dat aan kan sluiten tussen de sluis en deze dijk??? Misschien kunt u ons helpen?

Tegen het einde van deze dijk gaan we even over een watersluis. Het is een vrij saai stuk, met een mooi uitzicht op het water rechts en de dorpen links. Tegen het einde sluiten we aan op de oude Maasdijk met de mooie dijkhuisjes.

Woudrichem N51 49.023 E5 00.239
In de 9e eeuw is Woudrichem ontstaan uit een marktplaats langs enkele doorgaande hoofdwegen. De Maas stroomde toen langs Heusden. En volgde pas later weer de Alm en nog later weer in de Waal. Er is nogal gestreden om het Land van Heusden en Altena. Dan weer Holland in 1330, dan Gelre in 1511, dan Brabant, de Spanjaarden in 1573, maar na de Fransen in 1815 is het definitief Brabants geworden. Duidelijk een strategische positie.

In 1356 verleent de Heer Willem V van Altena de stadsrechten aan Woudrichem en onder zijn opvolger Dirk Loef van Horne krijgt de stad in 1362 het visrecht. Door de verhoogde welvaart kan men de grote kerk bouwen en in 1368 is men begonnen aan de bouw van de vestingmuur.

Er wonen nu circa 4300 mensen. De hele vesting is een beschermd monument en het is er heerlijk vertoeven op een van de terrasjes. We bekijken verder de oude Gevangenenpoort en het oude Raadhuis.

En zo naderen we Woudrichem. Een mooie oude vesting met een windmolen prominent op de omwalling en een stompe toren boven de dijken uit.

Bij binnenkomst slingeren we over de verdedigingwateren naar de toegangspoort. Links zien we een steile dam, die beren worden genoemd, met daarop een ronde kolom, een zogenaamde monnik. Nee, over die dam kom je de stad niet in.

Windmolen Nooit Gedacht N51 48.918 E5 00.289
De molen is door de Duitse bezetter tijdens de laatste dagen van de Tweede Wereldoorlog opgeblazen, om te voorkomen dat deze als uitkijkpunt zou dienen. Die korenmolen dateerde oorspronkelijk uit 1662.

Waarschijnlijk heeft er al eerder een windmolen gestaan, want in 1280 was er al sprake van in een opsomming van de Graaf van Holland. Het was vroeger normaal, dat een stad meerdere stadsmolens kende. Het stadsbestuur was de eigenaar en de molenaar pachtte de molen voor het malen van graan voor boer en bakker.

Na de oorlog is de molen weer opgebouwd en is nu de nog enige achtkantige stenen stellingmolen. De molen draait nog wekelijks, is te bezichtigen en de molenaar verkoopt er vele lokale streekproducten.

Martinuskerk N51 48.987 E5 00.199
De Sint Martinuskerk is een kruiskerk die in 1573 door de bewoners zelf door brand is verwoest, om te voorkomen, da de kerk in handen kwam van de Spanjaarden. Alleen de muren bleven overeind.

In 1621 is de kerk opnieuw opgebouwd. Niet helemaal goed, want in 1717 verloor de toren zijn spits in een storm; sindsdien noemt men de toren de Mosterdpot. De toren is nu 34 meter hoog.

In de kerk staat het rijk versierde orgel uit de Kloosterkerk in Den Haag. Dit orgel met het jaartal 1680 zou zijn gebouwd in opdracht van Stadhouder Willem III.

De stad verlaten is ook niet eenvoudig. Op het bankje langs de kade zien we uit over het water en de drukte die dat oplevert. Niet zichtbaar ligt midden op de rivier een drieprovincieënpunt. N51 49.258 E5 00.057 Aan deze kant ligt Noord-Brabant, aan de overkant van de Waal ligt Zuid-Holland en in het oosten, tussen Maas en Waal regeert Gelderland.

Grote professionele scheepvaart stuwt duwbakken tegen de stroom op en kleine speedbootjes stuiven over de afgedamde Maas. Daartussenin varen allerlei vaartuigen van mooie motorjachten, groot en klein en vele aken en tankschepen. Geen idee wat er allemaal vervoerd wordt op deze drukst bevaren rivier ter wereld. We doen er op bescheiden wijze aan mee: we nemen de voetpont richting Loevestein. Meer informatie: www.voetveerwoudrichem.nl of www.slotloevestein.nl.

Waal N51 49.246 E5 00.841
De Waal is de voornaamste aftakking van de Rijn. De Rijn, eenmaal in Nederland, splitst zich in de Neder-Rijn en de Waal. De Maas – zij het afgedamd - mondt hier bij Woudrichem uit in de Waal. Daarna gaan beide stromen samen verder als de Boven Merwede, om via allerlei vertakkingen in de Noordzee te stromen. Door de gedeeltelijke openstelling van de Haringvlietsluizen is tot hier nog enige invloed van het getij merkbaar tot een halve meter.

De Waal is 84 km lang en heeft een vaargeul van minimaal 150 meter breedte en 2,8m diep.

Het verhaal gaat dat de Waal ontstaan is doordat twee reuzen, broers van elkaar, lang geleden in Zwitserland zijn begonnen met het graven van de Rijn. Zo'n honderd jaar later kwamen ze aan in Lobith. Daar kregen ze ruzie en ze gingen ieder hun eigen weg. De jongere reus bleef doorgraven aan de Rijn, de oudste schiep de Waal.

Na de oversteek komen we in een polderachtig gebied tussen de rivieren waar zeer veel gebeurd is, waar weinig van te zien is en rijke verhalen over te vertellen zijn. We kijken honderden jaren terug in de tijd. Stellen ons het moerassige landschap voor waarin monniken ploeteren om er op wat akkertjes van te kunnen leven. De overstromingen winnen de strijd.

Op een eilandje wordt een kasteel gebouwd, want het water kan je ook dienen als je vriend in de strijd tegen de vijand. Dijken uit de 12e eeuw beschermen het leefgebied, overstromingen verzuipen de vijand. Hele verdedigingswerken worden uitgedokterd. Het begint met een fort Loevestein en eindigt met forten uit de Nieuwe Waterlinie. Er zijn plannen om dat natte gebied weer te herschapen, dijken te verhogen en te verleggen, de historie weer tot leven te brengen. We lopen er doorheen…….

Moeras N51 48.994 E5 01.025
Rond 1200 stromen hier de Waal en Maas samen. Verdeeld over vele kreken en riviertjes liggen vele eilandjes. In de zomer liggen ze droog, maar als in de winter en voorjaar de waterstromen toenemen kan de toevloed van water niet gestopt worden en stromen sommige gebieden weer onder. Ze voeren slib aan en breken dat weer af. De oerkrachten van het water.

Op een van die strategisch gelegen eilandjes Milites Insula Artusii (Het eiland van ridder Arthus) wordt een kasteel gebouwd, dat later uitgroeit tot Slot Loevestein. Monniken gaan de ietwat hoger gelegen gebieden ontginnen en droogleggen. Een vergeefse poging, zo blijkt. Verderop naar het oosten wordt een flinke dijk gelegd in de 15e eeuw. Dit blijft nog lang buitendijks land, met slechts één toegang tot het slot.

Monnikenland N51 48.632 E5 01.473
Oorspronkelijk staat dit gebied bekend als Rodichem of Rodengoije, “ruwe waard”. Bij Brakel zijn resten gevonden van een nederzetting als Huize Rodichem, mogelijk van de tempeliers. Maar in 1264 is het niet meer bewoond. Dan wordt het door Willem van Horne, Heer van Altena en de vader van Dirc Loef, te leen gegeven aan de monniken van het Cisterciënserklooster van Villers (Viller-la-Ville). Ze dempen de kreken, leggen dijken aan, graven sloten, ontginnen en verbouwen het ingepolderde land. Ze bouwen een klooster. Maar de strijd is ongelijk.

In 1333, zeventig jaar later, gaan de bezittingen terug aan de heren van Horne en Altena. Ze laten de typische 13e eeuwse ontginningspatronen achter en de naam Munnikenland in de verkoopacte uit 1349. Deze zijn nu nog steeds te herkennen in het landsschap en de plassen ter herstel van de natuur.

Milites Insula Artusii N51 48.831 E5 01.227
De Milites Insula Artusii is het eiland van ridder Artus. Het lag net ten westen van het Munnikenland en het werd nooit aan de monniken te leen gegeven omdat het zo strategisch lag. Daarom werd er een kasteel op gebouwd, het latere Slot Loevestein.

Ook zijn er nog contacten geweest met de ridders van de tempelorde, de tempeliers.
In Munnikenland heeft ook nog een kasteel gestaan bij de 15e eeuwse dijk. Het diende als versterking en opslag van met schepen aangevoerde goederen. Bij het kasteel stonden schuren, stallen, omsingelde boomgaarden en landerijen. Er lag een gracht omheen. Tot 1876 stond het kasteel er nog, maar werd toen afgebroken.

In 1919 was er niets meer van over en werden ook de grachten gedempt door de eigenaar Peletier. Afgezien van Loevestein zijn van het monnikenverblijf, het kasteel Munnikenland, ’t Rechthuys, de nederzettingen van de tempeliers en de haven nog slechts resten in de bodem over gebleven. Er bestaan plannen om de contouren van dit laatste kasteel in herinnering te herstellen.

Maar eerst Slot Loevestein……..

Slot Loevestein N51 48.986 E5 01.280
Rond 1361 laat ridder Dirc Loef van Horne een simpele toren, een blokhuis, bouwen op het strategische gelegen eiland. Al spoedig wordt dat uitgebreid tot een stenen huis van Loef, Loevesteen. De Graaf van Holland ziet hoe belangrijk dat imposante bouwwerk is op de grens van Holland en Gelre. Die twee zijn nog al eens in oorlog en vanaf 1372 komt Loevestein definitief in handen van de Graaf van Holland. Er wonen dan geen ridders meer, maar kasteleins, in beheer van de graaf.

Na 1575 laat Willem van Oranje het slot versterken met vestingwallen en een buitengracht. Binnen de omwalling volgen barakken voor de permanent gelegerde militairen. Omdat het kasteel dan onbewoond is, blijkt dat ideaal te zijn voor een gevangenis, de Staatsgevangenis. Er worden geen criminelen, maar vooral politieke gevangenen, die vanwege hun geloof of politieke ideeën anders denken dan de leiders van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Hugo de Groot is de bekendste gevangene, die weet te ontsnappen in een boekenkist.

Ronde Loevestein N51 48.986 E5 01.280
Als we door de poort een rondwandeling maken komen we eerst uit op een kazerneterrein met links de huisjes, 14 barakken uit 1730 voor de soldaten en rechts de taverne. Een van de huisjes is permanent ingericht naar de tijd van toen en is vrij toegankelijk, zoals ook verderop de ronde kruittoren en kazemat vrij toegankelijk zijn. In de kruittoren werd, zoals de naam al zegt het buskruit opgeslagen. De kazemat is veel later in 1822 binnen de vesting gebouwd als onderdeel van de Nieuwe waterlinie.

Dan gaan we omhoog over de wal. Bij de ophaalbrug zagen we dat het slot immens groot is. Die omvang wordt nog versterkt als we rondlopen en de kale rechte muren zien oprijzen uit het water. Hier kom je niet levend uit! Of je moet heel slim zijn…..
Loevestein is sinds 1951 geen militaire stelling meer.

Na deze ronde verlaten we het druk bezochte slot in de richting van de Parkeerplaats voor de toerist. Onderweg zien we links een prachtig struinpad, dat door de welige begroeiing op een bepaald moment niet meer zichtbaar is. Het is er prachtig.

Maar we keren terug en volgen links voorbij de parkeerruimte de bandijk en gaan zo hier nog buitendijks het polderlandschap in; ook over de dijk geldt nog de term Struinpad. En wat is het hier mooi! Prachtig groen verbergt het erachter liggende open vergezicht, dan weer met krijsende vogels of op de Waal de grommende schepen.

Dijken N51 48.831 E5 01.915
De dijk waarover we gaan is een lage dijk, zomerdijk of bandijk genoemd. Vanaf de tiende eeuw na Christus traden extreem hoge waterstanden op in de rivieren als gevolg van bedijkingen bovenstrooms.

Om zich hiertegen te beschermen werden de bandijken rond de Bommelerwaard aangelegd (tussen 1100 en 1300). De rivier kreeg hierdoor minder ruimte waardoor bij dijkdoorbraken grote gebieden overstroomden. Om zich tegen deze overstromingen te beschermen, bouwde men huizen op de dijken (dijkdorpen) en op kunstmatige verhogingen in het landschap, zogenaamde ‘woerden’.

Winterdijk N51 48.729 E5 02.431
De Schouwendijk en de Munnikenlandse kaden waren waarschijnlijk de eerste dijken in het Munnikenland van rond 1200.

Langs de Waal ligt de Bloemplaat en in het zuiden liggen de akkers van het Munnikenland. De plassen zijn afgegraven leemputten voor het maken van baksteen. Nu wordt er een hoge natuurwaarde aan toegekend en is het een natuurreservaat.

Er tussenin ligt de Munniklandse Kaveling als zijweg van de Schouwendijk, de van oudsher hoger gelegen en enige toegangsweg tot Slot Loevestein.

Bij de twee bankjes gaan we omhoog. Het is pas sinds 1969 dat het tweede deel van het Munnikenland binnen de dijken ligt. Voorheen is het altijd buitendijks land geweest, dat bij hoogwater overstroomde. Alleen de Schouwendijk bleef droog. Die hoge winterdijk, tot op Deltahoogte gebracht, sluit het oostelijk deel van Munnikenland in en houdt al het water buiten de Bommelerwaard. Over de hoge dijk hebben we een prachtig uitzicht over de Waal en de Brakelse Benedenwaarden.

Bloemplaat en Brakelse Benedenwaarden N51 48.837 E5 02.443
In de Bloemplaat en de Brakelse Benedenwaarden liggen enkele geulen die strang of hank genoemd worden. In de Middeleeuwen waren dat nog kreken, nu vervallen tot waterafvoer na hoogwaterperiodes. Dat is zo bijzonder, dat deze objecten zijn verheven tot GEA.

Vooral vanwege de aanwezigheid van een zeer zeldzaam systeem van richels en droge geulen en van oude moerassige beddingen. Een deel van het richel- en geulensysteem ligt bovendien relatief hoog. Het is één van de weinige bijna geheel gave uiterwaarden. GEA, waardevolle aardkundige objecten.

Over de hoge dijk komen we bij de plaats waar vroeger het Kasteel van Munnikenland heeft gestaan en waarvan we nu niets meer kunnen zien. Het ligt in de bedoeling om die plaats te herstellen en er een natuur-informatiecentrum van te maken met herinneringspunten aan het oude kasteel. N51 48.655 E5 03.440

Iets verder ligt dan de boerderij waar we naar beneden gaan en het fietspad verlaten. De huidige bebouwing doet in niets meer denken aan het oude Rechthuys van Munnikenland. Alleen de donk, of woerd is nog herkenbaar. N51 48.703 E5 03.194. Voorbij de toegang tot de gebouwen van de Waterleiding gaan we naar de zeer oude dijk, Den Nieuwendijk geheten.

Den Nieuwendijk N51 48.590 E5 03.683
Zeer markant is de noordzuid georiënteerde dijk, Den Nieuwendijk, met een idyllisch karakter door het slingerend verloop en de beplantingen. Langs de dijk is een aantal grote en kleine wielen aanwezig. Bijzonder zijn de aan de noord- en zuidzijde van de dijk aanwezige batterijen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie (de Batterijen van Brakel en Poederoijen).

Om het oostelijk deel (bovenstrooms) van de Bommelerwaard tegen overstromingen vanuit het westen (benedenstrooms) te beschermen werden dwarsdijken aangelegd. De Meidijk tussen Brakel en Zuilichem is hiervoor in 1325 al aangelegd, waardoor de dorpen Brakel en Poederoijen nog meer geïsoleerd raakten. Voor hen bleef de situatie bij overstromingen ongewijzigd. Bij een dijkdoorbraak beneden de Meidijk zouden ze onder water komen te staan.

Om zich te beschermen tegen het rivierwater vanuit het westen (Munnikenland) werd omstreeks 1478 ook bij Brakel en Poederoijen een dwarsdijk aangelegd: Den Nieuwendijk. Deze loopt in noord-zuid richting en buigt ter hoogte van de Van Heemstraweg af richting het westen. Deze dijk was tot de jaren ’70 de hoofdwaterkering tussen het Munnikenland en de polder Beneden de Meidijk.

In tijden van inundatie fungeerde de Nieuwendijk als liniedijk. Deze dijk was in dermate slechte staat dat deze niet was te verbeteren tijdens de dijkverzwaringen in de jaren ’70. Vandaar dat de huidige winterdijk ook de Buitenpolder Munnikenland heeft ingepolderd.

Na deze grootschalige dijkverbeteringswerkzaamheden is Den Nieuwendijk door het Waterschap ontmanteld, waarbij onder andere de basaltblokken zijn verwijderd.

Wielen N51 48.112 E5 03.687
Wielen zijn ronde diepe plassen die ontstaan zijn uit waterkolken bij een dijkdoorbraak. Het water stroomt dan naar binnen gaat kolken waardoor de ondergrond wordt weggespoeld. Na herstel van de dijk kan de wiel binnen- of buitendijks komen te liggen.

We zien hier enkele mooie voorbeelden van beide.

Oude Hollandse Waterlinie N51 48.671 E5 03.771
Vanaf 1575 werd onder Willem van Oranje een begin gemaakt met het moderniseren van de middeleeuwse verdedigingswerken rondom Slot Loevestein. met een vijfhoekige omwalling met bastions.

Tijdens de Tachtigjarige oorlog werd Loevestein een steunpunt in de verdediging van Holland. Na het rampjaar 1672 – toen de Franse troepen van Lodewijk de XIV binnenvielen – werd deze linie uitgebouwd tot een permanente verdediging die de Hollandse Waterlinie werd genoemd. Deze liep van de Zuiderzee tot de Biesbosch en was een eenvoudig systeem: men liet over een strook van 3 tot 5 km het land tot 50 cm onder water lopen, zodat de vijand niet kon oprukken. Hoger gelegen gebieden werden verdedigd met vuur vanuit versterkte forten.

Het primaire doel van deze linie was de bescherming van het westelijke deel van het land en dan vooral van het belangrijke en machtige Holland.

Nieuwe Hollandse Waterlinie N51 48.671 E5 03.771
In 1815 besloot koning Willem I - op advies van Cornelis Krayenhoff, inspecteur-generaal der Fortificaties - dat Utrecht in de Waterlinie moest worden opgenomen. Er werd een Utrechtse Linie aangelegd, die werd uitgebouwd tot de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Ook de Nieuwe Hollandse Waterlinie was gebaseerd op waterbeheersing en overstromingen. Alleen waren deze overstromingen nu uitgebreider en beter beheersbaar.

Over een lengte van zo’n 85 km (van Muiden tot Werkendam) kon een strook polderland van 5 km breedte onder water gezet worden. Daarnaast bestond de linie uit forten en batterijen die waterkeringen en inlaatpunten beschermden en niet te inunderen terreinstroken afsloten. Tussen 1815 en 1885 werden veel nieuwe forten gebouwd. Bestaande forten werden gemoderniseerd en onder andere voorzien van bomvrije bunkers. In dit kader werd in Loevestein in 1882 de kazemat gebouwd.

In dit gebied bevinden zich twee batterijen: de batterij onder Brakel en de batterij onder Poederoijen. Deze laatste zullen we niet passeren. De batterijen zijn opvallende elementen in het landschap. Ze bestaan uit een bomvrij gebouw, aan de voorzijde afgedekt met zand en klei. Beide batterijen hebben tegenwoordig een functie als overwinteringplaats voor vleermuizen, ze worden niet door mensen gebruikt. De batterijen zijn in de loop der jaren in verval geraakt.

Bij de batterijen horen schootsvelden, die voor het geschut bereikbaar moesten zijn. In cirkels van 300, 600 en 1000 meter – de verboden kring - golden beperkingen ten aanzien van de aanleg van bebouwing en beplanting.
De Nieuwe Hollandse Waterlinie is nooit in werking gesteld. Na de Tweede Wereldoorlog blijkt de Waterlinie haar waarde verloren te hebben.

Aan de andere zijde van den Nieuwendijk bevinden zich enkele kazematten uit de 1e Wereldoorlog van het type 1917 II. De kazematten liggen aan de voet van de dijk en hebben momenteel geen functie.

En zo gaan we over de historisch ooit zo belangrijke dijk terug. We steken voorzichtig de Van Heemstraweg over en vervolgen over de zandweg, die overgaat in de Fortweg, waaraan de huizen staan. 900 meter naar het oosten toe staat de Batterij onder Poerderoijen. Wij zullen niet zover doorlopen en steken opnieuw de drukke weg over, die hier de Afsluitdijk wordt genoemd. We keren terug naar de parkeerplaats en passeren eerst een monument ter herinnering aan het afsluiten van de Maas en daarna de Wilhelminasluis.

Monument N51 47.645 E5 02.975
Ter herinnering aan dat heuglijke feit dat de Maas werd afgedamd werd op de afsluitdijk een monument opgericht, op de provinciegrens tussen Gelderland en Noord Brabant. Hare Majesteit Koningin Wilhelmina kwam de steen 18 augustus 1904 onthullen, in tegenwoordigheid van Zijne Koninklijke Hoogheid, de Prins der Nederlanden, Hertog van Mecklenburg, zoals dat ook op de steen uitgebeiteld is. De koningin kwam per boot aan.

Op twee liggende platen graniet is ook nog een plaat graniet verticaal geplaatst, waarvan de achterzijde ruw gehakt is. Rond de tekst aan de voorzijde van de verticale plaat zijn twee rivieren stilistisch weergegeven, in de vormentaal van de Jugendstil, een decoratieve stijl, die niet alleen invloed had op architectuur en meubelkunst, maar ook op de schilderkunst en keramiek. De Duitse tekenaar Otto Eckman maakte voor het eerst dit soort randversieringen, beïnvloed door tekeningen van Japanners in het tijdschrift ”Die Jugend" (1896-1897). Op de gedenksteen wordt ook verwezen naar de wet van 26 januari 1883 waarin het plan vaste vorm had gekregen.

Wilhelminasluis N51 47.658 E5 02.901
De dijk waarover we lopen is de Heerewaardense Afsluitdijk. Die splitst de Afgedamde Maas in twee delen. En hier ligt de Wilhelminasluis. Het is de enige waaiersluis – met waaierende sluisdeuren – met een zogenaamde groene kolk. De zijkanten lopen schuin af en zijn met gras begroeid. De sluis wordt vooral veel gebruikt door de pleziervaart.

En zo zijn we weer terug bij start. We hebben veel geleerd, hebben een andere kijk gekregen op het kale vlakke polderlandschap, dat veel meer leeft vanuit de historie door de eeuwen heen, dan van hetgeen er nog te zien is. En dan heb ik nog niet gesproken over de boeiende plantenwereld die – vanuit de Alpen en Frankrijk aangevoerd en hier samen met het slib afgezet zijn - uniek zijn in dit gebied.

Startpunt 
A1180 Parkeerplaats bij Wilhelminasluis N51 47.630 E5 02.894 zuidwest

Informatie veren

POI’s

  • Afgedamde Maas N51 48.847 E5 00.622
  • Woudrichem N51 49.023 E5 00.239
  • Windmolen Nooit Gedacht N51 48.918 E5 00.289
  • Martinuskerk N51 48.987 E5 00.199
  • Drieprovincieënpunt N51 49.258 E5 00.057
  • Waal N51 49.246 E5 00.841
  • Monnikenland N51 48.632 E5 01.473
  • Milites Insula Artusii N51 48.831 E5 01.227
  • Slot Loevestein N51 48.986 E5 01.280
  • Ronde Loevestein N51 48.986 E5 01.280
  • Dijken N51 48.831 E5 01.915
  • Winterdijk N51 48.729 E5 02.431
  • Bloemplaat en Brakelse Benedenwaarden N51 48.837 E5 02.443
  • Voormalig kasteel N51 48.655 E5 03.440
  • Rechthuys van Munnikenland N51 48.703 E5 03.194
  • Den Nieuwendijk N51 48.590 E5 03.683
  • Wielen N51 48.112 E5 03.687
  • Oude Hollandse Waterlinie N51 48.671 E5 03.771
  • Nieuwe  Hollandse Waterlinie N51 48.671 E5 03.771
  • Monument N51 47.645 E5 02.975
  • Wilhelminasluis N51 47.658 E5 02.901

Geraadpleegde websites
http://nl.wikipedia.org/wiki/Woudrichem  
http://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Martinuskerk

Acties
Navigeer naar startlocatie Download (ZIP) Download (GPX) Bekijk kaart/tracks Bekijk de fotoserie Print wandeling tekst
Startlocatie

Reacties


Wij zijn benieuwd naar uw reactie. Wel hebben we een aantal spelregels waar we u even op willen attenderen

  • Alle velden moeten verplicht worden ingevuld.
  • Uw reactie wordt pas na goedkeuring zichtbaar in de lijst ervaringen.
  • Uw e-mail adres niet wordt getoond op de site.
  • De webmaster behoudt zich het recht uw tekst aan te passen.
  • Het is niet toegestaan email-adressen, enige weblinks of schuttingtaal in de tekst op te nemen. Bij veelvuldig misbruik kan u de mogelijkheid van opslaan worden ontzegd.
  • Als u ons een link wilt doorsturen dan a.u.b. per email.
  • English texts will not be accepted. All input needs to be approved by the webmaster on forehand before be visible on this website. So save yourself the trouble.